donderdag 12 februari 2015

Een oproep aan het college!

Gelukkig stonden wij met het CDA niet alleen. We hebben een motie ingediend waarbij we het college opgeroepen hebben om zo snel mogelijk de handen uit de mouwen te steken in het dorpshart van Zevenhuizen. Goed om te zien dat de VVD deze met ons in wilde dienen. Hier kunt u de motie ook teruglezen.

Nog beter om te zien dat onze motie gesteund werd door alle partijen. Het college hoorde het signaal en is er voortvarend mee aan de slag gegaan. Er kwam een voorstel. In de raad van 27 januari stond het op de agenda.
Na de gesprekken die ik voerde met ondernemers en afnemers stond mijn bijdrage snel op papier.


Compleet met klok

Voorzitter, wat een bedragen zijn het toch die hier voorbij komen. Kijk ik met mijn huishoudportemonnee naar euro’s en tientjes, misschien eens een waterkoker die iets boven de begroting van 50 euro uitkomt, hier gaat het over andere bedragen. We praten over tonnen, over een miljoen.
En niet zo zeer mijn miljoen. Het gaat hier om ons miljoen. Een miljoen van ruim 40.000 inwoners van Zuidplas. Des te meer reden om kritisch te kijken naar het product. Want we hebben het hier niet over een waterkoker.
Het gaat hier om de Dorpsstraat in Zevenhuizen. Het hart van Zevenhuizen. Laat ik het op een rijtje zetten. Wat krijgen we nu voor dat bedrag dat mijn persoonlijke portemonnee ver te boven gaat:
Een dorpsstraat waar kinderfietsjes met zijwielen niet omkieperen en waar de wielen van rollators niet in blijven hangen
Een aantrekkelijkere omgeving voor ondernemers
Een aantrekkelijkere omgeving voor consumenten
Verbeterde verkeersveiligheid

Bijna 7000 inwoners van Zevenhuizen die de afgelopen jaren naar de buurtwinkels moesten hobbelen krijgen de mogelijkheid om veilig op de fiets te stappen.
Het is niet zonder meer mogelijk om economische gevolgen te voorspellen maar het is geen hogere wiskunde om te voorspellen dat iets dat aantrekkelijk is een grotere aanlokkende werking heeft.
Is het een flink bedrag? Ja. Maar dit geld vertegenwoordigt niet slechts de stenen en de verlichting. Het is de aanzet die de situatie voor bijna 7000 inwoners van de Zuidplas verbeteren zal. Een steun in de rug voor ondernemers.

Natuurlijk hebben wij wel zorg voor de dekking van een fors deel van de investering. Hier wordt geen andere dekking aangegeven dan de vermelding dat één en ander bij de perspectievennota wordt betrokken of dat er een begrotingswijziging. Als CDA verwachten we dat u nog met een meer adequaat dekkingsvoorstel zult komen.

Dat de omgeving Dorpsstraat aan vervanging toe is, daar is geen twijfel over. Na Moerkapelle, Nieuwerkerk en Moordrecht is het hoog tijd dat ook Zevenhuizen een flinke opfrisbeurt krijgt.
4 november diende het CDA samen met de VVD een motie in om de dorpskern van Zevenhuizen integraal aan te pakken. De motie werd unaniem gesteund.
Als CDA bedanken we het college voor het voortvarend aan de slag gaan met de motie. Complimenten voor de opties die voor ons liggen.
Wat het CDA betreft wordt er gekozen voor een langdurige oplossing. Het integraal aanpakken van de Dorpsstraat met de hierbij om logische redenen aangehaakte Lange Zijde en Catgesplein.
In onze motie spraken wij al over smeerolie. Dit wil ik graag aanvullen met iedere willekeurige brandstof. Want een levendig dorpshart is als brandstof voor een dorp.


woensdag 11 februari 2015

Daar zijn we!

Niet alle onderwerpen die in de raad de revue passeren staan even dicht bij mijn bed. Soms heb ik letterlijk geen beeld bij de locatie die besproken wordt. Soms gaat het me figuurlijk boven de pet. Gelukkig hebben we met het CDA een fractie getroffen die van alle markten thuis is. We wonen verspreid over de dorpen en qua kennis hebben we echte kanonnen in huis.
Zo is het een geruststelling dat we in deze tijd, waarin er veel zorg rond zorgonderwerpen is, Jan Verbeek aan onze zijde hebben.

Tijdens fractievergaderingen en voorbereiding op de raadsonderwerpen leer je van elkaars hersenspinsels.

Gelukkig staan er met grote regelmaat onderwerpen op de agenda waar ik, net als veel inwoners van Zuidplas, wel direct bij betrokken ben.



We waren nog bezig met rara waar zijn we. We zijn op de Dorpsstraat in Zevenhuizen. Misschien kent u de straat. Bent u er met de auto doorheen gereden of heeft u uw fiets over de klinkers gemanoeuvreerd. Hoewel het uiterlijk me brengt in de dorpse sferen die bij een dorp horen, brengt het neerstortende geluid van mijn zoontje me weer met twee benen op de grond.
Mijn kleine man is trouwens niet de eerste die hier een flinke smakkerd zou maken. De oudere dame, wiens rollatorwielen bleven hangen tussen de wijkende straatstenen, haalt de boodschappen niet meer wandelend. De fietsenmaker vertelde me dat hij dat verhalen over vallende Dorpsstraat gangers tot de orde van de dag behoren. Een paar weken later haalde ik de nieuwe fiets van mijn oudste zoon bij hem. We raakten in gesprek en spraken over de zorgen die de ondernemers hebben. Vooral de zorg dat de inwoners van Zevenhuizen de weg naar ‘hun’ winkels niet meer vinden. Wat echt zou helpen? ‘Het opknappen van de belangrijkste weg.’ Het hart van het dorp.

Wat ik zelf gaaf vond om te horen is dat het niet eens zo zeer de zorg voor de eigen winkel is maar dat er ook warm meegedacht wordt met andere ondernemers in het dorp.

Dat terzijde. Het mooie aan de gemeenteraad is dat de leden de inwoners vertegenwoordigen. Dus… de ondernemers, de mensen met rollators, de kinderen met zijwielen, de...... 

Wat kunnen wij doen?

dinsdag 10 februari 2015

Sprintende All stars

Niet voor het eerst vandaag trek ik een sprint. Het is maar goed dat ik vanmorgen in mijn All stars gestapt ben en dat ik mijn 12 centimeter hakken thuisgelaten heb. Met een snoekduik waar Edwin van der Sar trots op zou zijn red ik mijn zoontje van een zekere schaafwond.
Stralend kijkt hij me aan. Het is duidelijk dat hij geen idee heeft welke uitbundige huilbui ik hem en mezelf bespaard heb.
Samen tillen we zijn fietsje op. De zijwieltjes staan fier naast zijn knalgele met vlammen versierde ‘vuurfiets’. Je hoeft geen hoger opgeleide technicus te zijn om te weten wat hier misging. Het ene zijwiel staat op de grond terwijl de ander er een flink eind boven hangt.

Rara waar zijn we?

Lees morgen meer!!

zondag 1 februari 2015

Dé vraag deel 5

Natuurlijk is er een maar. Is er niet altijd een maar? Een wijs collega zei jaren geleden: ‘Ja maar betekent nee!’ Sindsdien let ik daar op. En inderdaad. Ja maar is de ideale manier om een nee te verbergen.
Dat terzijde. Het is echt allemaal goed te doen. Bezig zijn met mijn eigen leefgebied, de dorpen waar mijn kindjes opgroeien en vrienden wonen, dat geeft energie. De ‘maar’ zit hem dan ook niet in de vraag vind je het waardevol en leuk. De ‘maar’ zit hem in de hamvraag: ‘Waar haal je de tijd vandaan.’ Zoals gezegd bij een reguliere raads, commissie en fractieagenda is het prima te doen. De laatste maanden van het jaar waren niet regulier. Weken waarin ik vier avonden van huis was kwamen met regelmaat voor. Daarnaast natuurlijk nog de uitnodigingen van inwoners, recepties etc. De uren zijn dan wel heel snel gevuld. Met als ellendig resultaat… een vervallen blog. En dat terwijl ik het juist zo belangrijk vindt om mensen mee te nemen in het raadswerk. Om de afstand tussen raad en straat zo snel mogelijk te overbruggen.
 
Deze ‘weekblog’ is bijna een hernieuwde kennismaking. Nu de komende maanden minstens eens per maand mijn ervaringen aan het blog ‘papier’ toevertrouwen. Ik ga het maar eens in mijn agenda zetten. Misschien op donderdag tussen stofzuigen en woordvoering over een nog nader te bepalen onderwerp. ;-)

zaterdag 31 januari 2015

Dé vraag deel 4

Is dat druk dan? Heb ik daar te weinig tijd voor? Eigenlijk valt het wel mee. Zondag is een uitrustdag. Niets doen. Stukje fietsen, de skatebaan in Nesselande onveilig maken of uitwaaien langs het strand. En verder heb ik dezelfde 24 uur als iedereen. Als ik naar scholieren kijk die vijf dagen per week naar school gaan, drie avonden weg zijn om te sporten en daarnaast ook nog eens twee bijbaantjes hebben (hee dat klinkt als mijn schooljaren) Vervolgens moeten gaan stappen tot in de vroege ochtenduren, zich druk maken om vriendjes en vriendinnen de laatste mode en de goede muziek dan is mijn agendavulling nog prima te doen. Een verademing bijna als ik het zo lees. Het valt me ook vaak op dat mensen de vraag stellen met zichzelf als voorbeeld. Dat gaat natuurlijk niet. Als je zelf twee kindjes thuis hebt en niet werkt kan je nog steeds met heel veel gemak veel drukker zijn dan dat ik ben. Situaties zijn niet te vergelijken.

Maar… (dat komt morgen…)


vrijdag 30 januari 2015

Dé vraag deel 3

Het mooist is natuurlijk om te zeggen dat het vloeiend overloopt. Dat iedere stap zorgvuldig gepland is maar dat er ruimte is voor onverwachte ‘gezelligheden.’ Het eerlijke antwoord is dat het een puzzel is. Soms moet je flink met je vingers op de hoekjes van de puzzelstukjes duwen om te zorgen dat alles op zijn plaats ligt.  De raadsagenda en gezinsagenda zijn voor een groot deel van het jaar ingevuld. Dan komen de piketuren en rooster van manlief erbij. De verbouwing jaag ik aan vanuit mijn zitting in de bus of de metro. Koken gaat in de zesde versnelling, bakken voor verjaardagen. Lezen bewaar ik voor vakanties en sporten is gesneuveld. Opvulmomenten neem ik de emmer en dweil ter hand. En tijdens het was opvouwen kijk ik lekker een serie.

Hoe gaat dat dan?

donderdag 29 januari 2015

Dé vraag deel 2

Zo, dat was zonder twijfel tenenkrommend spannend. Ik heb u de afgelopen 24 uur zien denken; waar heeft ze het over, wat zou die vraag nu toch zijn? ;-) Het zou kunnen dat de vrouwen onder u het al geraden hebben. 
De vraag: ‘Waar haal je de tijd vandaan?’  Je hebt je gezin, je huishouden, je werk, je vrienden, je verbouwing en de raad. Je houdt van koken, bakken, lezen, series volgen en sporten… 
De tegenvraag die in mijn hoofd opplopt maar die ik er maar zelden uitflap is ‘Ben ik de enige die deze vraag krijgt?’ Zouden het vooral vrouwen zijn die de vraag krijgen? Of alleen mensen met een gezin met jonge kinderen? Zou het een vraag zijn voor verhuizende of verbouwende mensen? 
Of is de vraag met name gericht op die raadsleden die geen huishoudster hebben die de boel thuis eens lekker aan de bezem houdt?


Morgen meer over hét antwoord

woensdag 28 januari 2015

Dé vraag

Ik heb hem gisteren gehoord. Vorige week zeker drie keer. Afgelopen maand op zijn minst een keer of 15. Dé vraag.

Het mooie aan dé vraag is dat hij op verschillende manieren gesteld wordt. Soms als vraag. Soms als zorg. Soms met een beetje jaloezie en soms als een stellingname. Het meest interessante aan dé vraag is dat hij vaak niet over mij maar over de vraagsteller gaat. Want zo’n vraag is het.

Morgen meer over dé vraag!